Er wordt door het projectteam snoeihard gewerkt om de Willem de Vlamingh helemaal operationeel te krijgen. In november is het schip even uit het water geweest om dezelfde voortstuwingsschroeven te plaatsen als die Willem Barentsz eerder kreeg. Daarna is het schip weer langs de afbouwlocatie bij Nesta afgemeerd om de laatste fase – de inbedrijfstelling – uit te voeren. Voordat je aan inbedrijfstellen kan beginnen moeten vele (veiligheids)systemen aan boord eerst worden afgenomen (getoetst) door de inspecteur van Loyd’s Register of Shipping (LRS). Gelukkig verliepen de inspecties erg voorspoedig.
Daarna kwam het moment dat we voor de eerste keer LNG konden gaan laden en het schip letterlijk tot leven werd gewekt.
Voordat het koude LNG (-162 graden C) in de speciale dubbelwandige tanks gepompt kan worden, moeten deze eerst gedroogd en geleidelijk gekoeld worden, anders ontstaan er te veel spanningen in de materialen. Dat gebeurt met warme gasvormige stikstof (drogen) gevolgd door koude vloeibare stikstof (koelen). Als al het roestvrijstaal van de tanks koud genoeg is, wordt alle stikstof afgeblazen en begint het vullen met LNG. Dat hele proces duurt ongeveer twee dagen en is succesvol volgens planning verlopen.
Direct toen het LNG in de tanks zat, is de ketel voor het eerst opgestart en kon het schip met eigen warmte verwarmd worden. Tussendoor is bakboord Marine Evacuation Station (MES) succesvol getest en door LRS afgenomen. Vervolgens konden de hulpmotoren voor het eerst worden gestart afgeregeld. Daarna werden de beide generatoren, de hoofdschakelborden, alle beveiligingen en automatisering afgeregeld en getest. Ook dit hele proces van een aantal dagen moet uiteindelijk door de inspecteur van LRS worden afgenomen en afgetekend.